Welkom bij het overzicht van alle rapporten binnen Lyra WMS.
Elk rapport bevat nuttige inzichten voor voorraad-, order- en retourbeheer.
In deze gids vind je voor elk rapport:
Wanneer je het gebruikt
Uitleg van alle kolommen
Best Selling Products Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Bekijk snel welke producten het best verkopen per fulfilmentklant en hoe hun verkoop zich ontwikkelt.
Kolommen:
Fulfilmentklant – De klant waarvoor het product wordt verwerkt.
Product – De naam van het product.
SKU – Unieke artikelcode waarmee het product in het systeem wordt herkend.
Quantity sold – Het totaal aantal verkochte stuks in de geselecteerde periode.
Orders count – Het aantal orders waarin het product voorkomt.
Avg. quantity per order – Het gemiddelde aantal verkochte stuks per order.
First sale date – De datum van de eerste verkoop in de gekozen periode.
Last sale date – De datum van de laatste verkoop in de gekozen periode.
Daily Location Usage Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Analyseer per dag het gebruik van magazijnlocaties, uitgesplitst naar locatietype en klant.
Kolommen:
Fulfilment Client – De klant waarvoor de locatie is gebruikt.
Date – De kalenderdag waarop de meting is gedaan.
Location Type – Het type locatie (bijvoorbeeld picking, bulk, opslag, enz.).
Amount of Locations – Het aantal locaties dat op die dag in gebruik was; bruikbaar voor som of gemiddelde.
Daily Stock Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Volg de dagelijkse voorraadstanden per product en locatie.
Kolommen:
Fulfilment Client – De klant waarvoor de voorraad wordt bijgehouden.
Product Name – De naam van het product.
Location – De specifieke magazijnlocatie waar het product ligt.
Location Type – Het type locatie (picking, bulk, enz.).
Date – De datum waarop de voorraad is vastgelegd.
Quantity – De beschikbare hoeveelheid van het product op die datum.
Entry Order Products Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Analyseer de geboekte goederenontvangsten per regel, inclusief geplande en ontvangen aantallen.
Kolommen:
Fulfilment client – De klant waarvoor de goederen zijn ontvangen.
Entry order reference – Interne referentie van de inkomende order.
Entry order created at – Datum waarop de entry order is aangemaakt.
Booked at – Datum waarop de regel is verwerkt of geboekt.
Product SKU – Artikelcode van het ontvangen product.
Product name – Naam van het ontvangen product.
Expected stock – Verwacht aantal volgens de order.
Received stock – Werkelijk ontvangen aantal.
Shipment type – Type binnengekomen zending (bijv. pallet, doos, container).
Received shipments – Aantal geregistreerde inkomende zendingen.
Location type – Het type locatie waar de voorraad is opgeslagen.
Entry Orders Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Monitor de doorlooptijd en het volume van inkomende orders.
Kolommen:
Fulfilmentclient – De klant waarvoor de entry order geldt.
Reference – Referentie van de entry order.
Completed at – Datum en tijd waarop de entry order is afgerond.
Created at – Datum waarop de entry order is aangemaakt.
Time to complete – Tijdsduur tussen aanmaken en afronden.
Unique SKUs – Het aantal unieke SKU’s binnen de order.
Unique locations – Het aantal unieke locaties waar producten zijn opgeslagen.
Total items – Totaal aantal ontvangen artikelen.
Fulfilment Clients Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Geeft kernstatistieken per fulfilmentklant, handig voor managementrapportage.
Kolommen:
Fulfilmentclient – Naam van de klant.
Total orders – Totaal aantal orders in de gekozen periode.
Total shipped picklists – Aantal picklijsten dat verzonden is.
Total returns – Totaal aantal retouren.
Total entry orders – Totaal aantal inkomende orders.
Total productlocations – Totaal aantal gebruikte productlocaties.
Total products – Totaal aantal actieve producten.
Total opened tickets – Aantal openstaande supporttickets.
Total closed tickets – Aantal gesloten supporttickets.
Most Returned Products Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Identificeer producten met de meeste retouren en analyseer het retourpercentage.
Kolommen:
Product – Naam van het product.
SKU – Artikelcode.
Returns count – Aantal retourorders waarin het product voorkomt.
Units returned – Totaal aantal geretourneerde stuks.
Return rate (%) – Percentage geretourneerde stuks t.o.v. verkochte stuks.
Period – Maand waarin de retouren zijn geregistreerd.
Never Sold Products Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Vind producten die nooit verkocht zijn maar wel voorraad blokkeren.
Kolommen:
Fulfilment client – De klant die het product aanbiedt.
Product – Productnaam.
SKU – Artikelcode.
Created at – Datum waarop het product in het systeem is aangemaakt.
Active – Geeft aan of het product nog actief staat in het systeem.
On-hand stock – Beschikbare voorraad die nog nooit verkocht is.
Old Stock Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Krijg inzicht in voorraad die langer dan 30 dagen ligt.
Kolommen:
Fulfilment client – De klant die eigenaar is van de voorraad.
Product – Productnaam.
SKU – Artikelcode.
Current stock – Actuele voorraad.
Units received last 30 days – Ontvangen aantallen in de laatste 30 dagen.
Stock ≤ 30 days (units) – Voorraad die maximaal 30 dagen oud is.
Stock > 30 days (units) – Voorraad ouder dan 30 dagen.
Order Products Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Analyseer orders per productregel.
Kolommen:
Fulfilment client – Klant waarvoor de order is geplaatst.
Order number – Unieke referentie van de order.
Ordered on date – Datum waarop de order is geplaatst.
Sales channel – Verkoopkanaal (bijv. webshop, marketplace).
Status – Huidige status van de order.
Order line status – Status van de specifieke orderregel.
Product SKU – Artikelcode.
Product name – Naam van het product.
Quantity ordered – Aantal bestelde stuks.
Unit price – Prijs per stuk.
Line total – Totaalprijs voor deze orderregel.
Tax total – Totaalbedrag van belasting voor de regel.
Shipped on date – Datum waarop de regel is verzonden.
Orders Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Volg orders op hoofdniveau inclusief status en verzendinformatie.
Kolommen:
Fulfilment client – Naam van de klant.
Order number – Unieke orderreferentie.
Ordered on date – Datum waarop de order is geplaatst.
Sales channel – Verkoopkanaal.
Status – Status van de order.
Products ordered – Lijst met alle producten in de order.
Quantity ordered – Totaal aantal bestelde stuks.
Shipped on date – Datum van verzending.
Country – Land van bestemming.
Packing Materials Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Krijg inzicht in het gebruik van verpakkingsmateriaal.
Kolommen:
Fulfilmentclient – Naam van de klant.
SKU – Artikelcode van het verpakkingsmateriaal.
Product name – Naam van het verpakkingsmateriaal.
Tags – Labels voor categorisatie.
Amount shipped – Hoeveelheid materiaal dat is gebruikt bij verzending.
Picklist Products Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Analyseer hoeveel producten worden gepickt.
Kolommen:
Fulfilmentclient – Naam van de klant.
Product name – Naam van het product.
SKU – Artikelcode.
Product type – Type product (bijv. regulier, bundel).
Tags – Labels van het product.
Product size – Afmeting of maat van het product.
Amount picked – Totaal aantal gepickte stuks.
Pick count – Aantal pickacties.
Picklists Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Krijg een compleet overzicht van picklijsten.
Kolommen:
Fulfilmentclient – Naam van de klant.
Picklist reference – Unieke referentie van de picklijst.
Order reference / Foreign reference – Interne en externe referentie van de order.
Customer / Customer email – Klantgegevens.
Addressline 1/2, City, Postal code, Country name – Adresgegevens.
Order date / Shipping date – Bestel- en verzenddatum.
Amount shipped – Aantal verzonden stuks.
SKUs shipped – Lijst van verzonden SKU’s.
Couriers used / Shipping methods used – Ingezette vervoerders en verzendmethoden.
Shipments – Aantal verzendlabels.
Gross weight – Totaal gewicht van de zending.
Products Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Beheer en analyseer de voorraad per product.
Kolommen:
Fulfilmentclient – Naam van de klant.
SKU – Artikelcode.
Product name – Naam van het product.
Product type – Type product.
Total stock – Totale voorraad.
Free stock – Vrije voorraad (beschikbaar voor verkoop).
Cycling stock – Pickvoorraad.
Anticipation stock – Voorraad in buffer of bulk.
Backordered stock – Aantal in backorder.
Total inventory value – Totale waarde van de voorraad.
Next expiration date – Volgende vervaldatum.
Stock expiring in 30 days – Voorraad die binnen 30 dagen verloopt.
Expired stock – Reeds verlopen voorraad.
Return Products Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Analyseer retouren per product.
Kolommen:
Fulfilmentclient – Naam van de klant.
Product name / SKU – Productgegevens.
Product type / Size – Type en maat van het product.
Most common reason – Meest voorkomende reden voor retour.
Tags – Labels van het product.
Amount returned – Totaal aantal geretourneerde stuks.
Return Shipments Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Bekijk aangemaakte retourlabels en bijbehorende retourorders.
Kolommen:
Fulfilment client – Naam van de klant.
Courier used / Shipping method used – Ingezette vervoerder en methode.
Shipment barcode – Unieke labelbarcode.
Return reference / Return foreign reference – Interne en externe referenties.
Order reference / Order foreign reference – Gerelateerde order.
Customer / Customer email – Klantgegevens.
Addressline 1/2, City, Postal code, Country name – Retouradres.
Label created at – Datum van aanmaak van het retourlabel.
Items returned – Aantal geretourneerde artikelen.
SKU returned / Product returned – Overzicht van geretourneerde producten.
Returns Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Krijg een totaalbeeld van retourorders.
Kolommen:
Fulfilmentclient – Naam van de klant.
Return reference / Return foreign reference – Interne en externe retourreferenties.
Order reference – Gerelateerde order.
Return date / Completed at – Aanmaak- en afsluitdatum van de retour.
Current status – Huidige status van de retour.
Sales channel – Kanaal waar de retour vandaan komt.
Foreign reference – Externe referentie.
Customer email / Phone number – Contactgegevens van de klant.
Shipping name & address – Verzendreferentie.
Total products / Total quantity – Aantal producten en stuks in de retour.
Couriers used / Shipping methods used / Shipments – Ingezette vervoerders, methoden en labels.
Sales Channel Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Vergelijk verkoopkanalen per klant op volume en omzet.
Kolommen:
Fulfilmentclient – Naam van de klant.
Salechannel – Naam van het verkoopkanaal.
Type – Type kanaal (bijv. webshop, marketplace).
Orders imported – Totaal aantal geïmporteerde orders.
Percentage of orders – Aandeel van dit kanaal in het totale ordervolume.
Revenue – Omzet via dit kanaal.
Percentage of revenue – Aandeel in de totale omzet.
Shipments Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Bekijk alle verzonden zendingen met details.
Kolommen:
Fulfilmentclient – Naam van de klant.
Courier used / Shipping method used – Ingezette vervoerder en methode.
Shipment barcode – Labelcode van de zending.
Picklist reference / Order reference / Foreign reference – Interne en externe referenties.
Customer / Customer email – Klantgegevens.
Addressline 1/2, City, Postal code, Country name – Verzendreferentie.
Order date / Shipping date – Bestel- en verzenddatum.
Amount shipped – Aantal verzonden items.
SKU shipped / Product shipped – Lijst van verzonden producten.
Stock Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Volg voorraadniveaus per product en locatie over een periode.
Kolommen:
Fulfilmentclient – Naam van de klant.
Product name – Naam van het product.
Location / Location type – Locatiegegevens.
Min stock – Laagste voorraadstand in de periode.
Max stock – Hoogste voorraadstand in de periode.
Median stock – Medianewaarde van de voorraad.
Average stock – Gemiddelde voorraad.
Timers Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Bekijk procesdoorlooptijden op basis van timers.
Kolommen:
Fulfilmentclient – Naam van de klant.
Timer Reference – Unieke referentie van de timer.
Resource / Timable Reference – Type object en gekoppeld object.
Start Time / End Time – Begin- en eindtijd van de timer.
Total Seconds Passed – Totale doorlooptijd in seconden.
Seconds Paused – Tijd waarin het proces gepauzeerd was.
Effective Seconds – Netto effectieve verwerkingstijd.
User – Gebruiker die de timer uitvoerde.
Weekly Location Usage Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Bekijk per week het gebruik van locaties per klant en type.
Kolommen:
Fulfilment Client – Naam van de klant.
Week – Weeknummer.
Location Type – Type locatie.
Amount of Locations – Aantal gebruikte locaties in die week.
Weekly Stock Report
Wanneer gebruik je dit rapport:
Volg wekelijks minimum-, maximum- en gemiddelde voorraadstanden.
Kolommen:
Fulfilment Client – Naam van de klant.
Product Name – Naam van het product.
Location / Location Type – Locatiegegevens.
Week Number – Weeknummer waarin de meting is gedaan.
Min Quantity – Laagste voorraadstand in de week.
Max Quantity – Hoogste voorraadstand in de week.
Avg Quantity – Gemiddelde voorraad in de week.
✅ Tip: Alle rapporten kunnen worden geëxporteerd naar Excel of CSV voor verdere analyse.
